Op 12 januari 2023 overleed Jan Pieter Dykstra, voorzitter van de Stichting Utjouwerij deRyp. Utjouwerij DeRyp is voortgekomen uit de Gerben Rypma Stichting uit Blauwhuis, die als doel had om de creatieve eigenschappen van de schilder/dichter en boerenarbeider Gerben Rypma levend te houden. Na het uitgeven van een biografie over Gerben Rypma door Eeltsje Hettinga heeft die stichting zich ook beziggehouden met het uitgeven van andere boeken. Dat uitgeverijgedeelte van de Gerben Rypma Stichting is begin januari 2020 voortgezet door de nieuwe stichting Utjouwerij DeRyp, met Jan Pieter Dykstra als voorzitter, Hille Faber als penningmeester en Jelle van der Meulen als secretaris.

Maar Jan Pieter Dykstra was zoveel meer dan alleen voorzitter van Utjouwerij DeRyp. Hij wist zoveel over de streek waar Utjouwerij DeRyp zich grotendeels op richt (Workum en omstreken), hij vertaalde literaire romans uit het Engels en Nederlands in het Fries, en hij was voor de andere bestuursleden van Utjouwerij DeRyp een grote inspirator en een vriend. Op de website van het Friesch Dagblad verscheen op 15 februari een prachtig In Memoriam (geschreven door Bauke Boersma) dat Jan Pieter Dykstra meer dan verdiende.

Jan Pieter Dykstra, vertaler van ‘Of mice and men’, genoot van taal en geschiedenis | In memoriam

Jan Pieter Dykstra Hzn hield van boeken, geschiedenis, muziek en paarden. Zijn hart ging uit naar It Heidenskip en Workum, de stad waar hij bijna zijn hele leven woonde. Hij overleed op 12 januari op 77-jarige leeftijd.

Bauke Boersma • Friesch Dagblad 15 februari 2023 (website)

In november vorig jaar was Jan Pieter Dykstra er nog bij, toen zijn Friese vertaling van John Steinbecks Of mice and men , een boek uit 1937, werd gepresenteerd. Hij was al ziek, maar genoot van de bijeenkomst in het kerkje van It Heidenskip. Emeritus hoogleraar Fries Goffe Jensma prees daar het ,,natuerlike en rike Frysk” van Dykstra‘s Oer mûzen en mannen . De vertaler zelf bleef bescheiden. ,,Neam my mar in stikjeskriuwer”, zei hij tegen het Friesch Dagblad .

Daarmee deed hij zichzelf te kort, zegt Hille Faber van Utjouwerij De Ryp, de uitgever van Oer mûzen en mannen . ,,Jan Pieter skreau prachtich Frysk. Hy brûkte in wat âlderwetske stavering, mar dat passe krekt goed by de taal fan Steinbeck.”

Dykstra had een voorliefde voor de Nobelprijswinnaar uit Amerika. In 2019 verscheen al Blikbuert , zijn Friese vertaling van Cannery row uit 1945. Hij identificeerde zich gemakkelijk met Steinbecks personages, zoals de landarbeiders Lennie en George uit Of mice and men . ,,Dy marzjinale figueren, dêr hâld ik wol fan”, zei hij er zelf over. ,,Miskien fiel ik my djip yn myn hert ek wol sa’n marzjinaal figuer.

It Heidenskip

Jan Pieter Dykstra werd geboren op 7 maart 1945 in It Heidenskip, waar zijn vader boerenarbeider was. Enkele jaren later verhuisde het gezin naar Workum vanwege de nieuwe baan van zijn vader: koster in de Sint Gertrudiskerk. Na de lagere school en de ulo ging hij naar de koninklijke militaire school en diende vervolgens zes jaar als beroepsmilitair bij de cavalerie, geen straf voor de paardenliefhebber uit It Heidenskip.

Eenmaal gehuwd met Piety Scheltema verliet Dykstra het leger en ging werken als boekhouder, eerst bij Provinciale Waterstaat in Leeuwarden, later bij Flexa in Sneek, Bouwbedrijf Heeringa in Witmarsum en uiteindelijk bij de zuivelfabriek in Workum. Met Piety woonde hij in Workum aan het Súd, vlakbij de Gertrudiskerk waar zijn vrouw nu kosteres was. Ze kregen twee zonen, Herre en Pieter.

Veekeuringsdag

Jan Pieter Dykstra vertaalde niet alleen andermans boeken, hij schreef zelf ook graag. Van zijn hand verschenen onder andere (jubileum)boeken over Veekeuringsdag, de Sint Werenfriduskerk en (als co-auteur) de schilder Klaas Werumeus Buning. Hij publiceerde ook veelvuldig in de Workumer krant de Friso .

Dykstra was een verwoed lezer. Hij las graag klassieke literatuur en geschiedenisboeken, maar schaamde zich niet voor lichtere kost, bijvoorbeeld boeken over de Tour de France. ,,Us heit hie in brede belangstelling”, verklaart zoon Herre. ,,It hiele hûs lei fol mei boeken.”

Daarvan gingen er veel over de Tweede Wereldoorlog, een periode waar Dykstra bijzondere aandacht voor had. Hij beschreef onder andere de oorlogsmonumenten in Workum en omgeving en werkte mee aan een tentoonstelling over de Workumer oorlogsgeschiedenis in de dependance van museum Warkums Erfskip. ,,It gie ús heit om de lytse skiednis, net om it grutte ferhaal. Wat ha de Warkumers belibbe, wat is der doe yn dizze minsken omgien, dat woe hy witte en trochjaan”, zegt zijn zoon.

Zijn vader kon eigenzinnig zijn, vertelt Herre. Voorbeelden daarvan zijn het gebruik van de oude Friese spelling en het schrijven van zijn achternaam met een y en het toevoegsel Hzn. ,,Hy fûn dat it sa moast.” Daarnaast was zijn vader een man met een open blik, nieuwsgierig en liberaal. Toen zijn vrouw ziek werd, verzorgde Dykstra haar langdurig, tot ze moest verhuizen naar Bloemkamp in Bolsward. Daar bezocht hij haar trouw, tot ze in 2017 overleed.

Na het overlijden van zijn vrouw kreeg Dykstra meer tijd voor het schrijven en vertalen. Dat resulteerde in de Steinbeckvertalingen, maar ook in een vertaling van F. Springers roman Met stille trom . Die vertaling zal later dit jaar postuum verschijnen onder de titel Wat stiller wat better , aldus uitgever Faber.

Folksong

Jan Pieter Dykstra was al enige tijd ziek. Toen het einde onvermijdelijk werd, nam hij zelf de touwtjes voor het afscheid in handen. Conform zijn wens werd hij na zijn dood met paard en wagen naar de Vermaning in Workum gebracht. Hier is zijn leven herdacht en speelden zijn muzikale zonen een van zijn favoriete liedjes, de oude folksong Red River Valley .